Op een vast moment in de week en voor een langere periode wordt er samengewerkt met een vakprofessional. Hierbij maak je een keuze of de hele groep deelneemt of een deel van de groep.
Hele groep
Door het structureel inzetten van een externe vakbekwame professional creëer je tijd voor de leerkracht voor persoonlijke ontwikkeling, lesvoorbereiding, activiteiten ter bevordering van de onderwijskwaliteit en overige onderwijstaken of ondersteunende zaken.
Voorbeeld: voor een kleine school met drie kleuterklassen en één klas per leerjaar. Er wordt gewerkt met één aanbieder voor de hele school.
Voorbeeld: voor een grote school met vijf kleuterklassen en twee klassen per leerjaar. Er wordt gewerkt met één aanbieder voor de hele school.
Halve groep
Door het werken in halve groepen kun je extra aandacht besteden aan de leerlingen. Je krijgt de ruimte om jouw talenten op een effectieve manier in te zetten. In veel gevallen ligt de focus tijdens deze momenten op de kernvakken en basisvaardigheden.
De aanbieder geeft dan een gecombineerde groep van verschillende leerjaren les zodat de groepsleerkracht een halve groep in de klas heeft. De groepsleerkracht kan dan bijvoorbeeld op niveau lesgeven. De school heeft dan wel een extra lokaal nodig waar de aanbieder kan lesgeven.
Voorbeeld: voor een kleine school met drie kleuterklassen en één klas per leerjaar. Er wordt gewerkt met één aanbieder voor de hele school.
Voordelen van dit scenario:
- Extra en meer flexibele formatie
- Ruimte voor (taak)differentiatie
- Verrijking van het lesaanbod
- Meer aandacht en beter inspelen op de behoeften
- Werkdrukverlagend
